Waar het gaat om lijden wordt er nogal eens vergeleken. Niet alleen in lijden, maar ook in levensomstandigheden enzovoort.
De een zegt: “ ik slaap zo slecht, ik kom vaak niet aan meer dan 5 uur toe”
De ander antwoordt: “ nou wees blij dat je nog 5 uur slaapt! Ik slaap maar hooguit 2 uur.”
De derde vult aan: “ en ik slaap al jaren niet meer..”
Zo leggen we elkaar het zwijgen op.
Andersom kan ook: “ ik heb veel pijn maar ik mag niet klagen. ....( naam) heeft het zoveel erger. “ of “ hoe kan ik jou nu vertellen hoe het met me is terwijl het niks is vergeleken bij jou” .
Vergelijken werkt bijna altijd slecht uit.
Je wordt boos of teleurgesteld, verbitterd zelfs, je minacht anderen en veroordeelt ze of je voelt je juist minderwaardig of
zwak en krijgt een schuldgevoel.
Herken je dat?
Vergelijken kan zelfs een soort aanvreter zijn, ziek maken of verlammen.
Zulk vergelijken werkt niets positiefs uit.
Pijn en pijn kun je niet vergelijken, net als verdriet of andere emoties.
Dat een ander door veel meer lijden heen moet betekent niet dat jij daarom alles moet weg drukken.
Dat je er niets over zou mogen zeggen.
Dat je niet verdrietig mag zijn.
Dat het niet veel voorstelt.
Door te vergelijken kunnen we onszelf en anderen over het randje duwen.
En af en toe ja, dan kan een bepaald soort vergelijken wel goed uitwerken.
Dan kan het relativeren.
Niet doordat een ander het tegen je zegt, maar door zelf even midden in dat wat je als lijden ervaart, stil te staan bij anderen.
Het werkt alleen maar als je daar zelf voor kiest en niet als het je opgedrongen wordt.
Bijvoorbeeld, als ik pijn heb bedenk ik soms: wat is mijn lijden vergeleken met een vrouw in India (in de laagste kaste) van dezelfde leeftijd? Zij is al blij als ze iets te eten heeft en een plek om haar hoofd neer te leggen. Pijnstillers heeft ze al helemaal niet.
Ik heb genoeg te eten en drinken en vrijheid en een bed, pijnstillers in alle soorten en maten en middelen tegen elke kwaal.
Wordt mijn pijn dan minder?
Niet echt, al kan het wel zo lijken.
Maar wat verandert is de dankbaarheid, het besef hoe gezegend ik ben. Ik neem dan niets voor vanzelfsprekend aan. Nog steeds voel ik hoe ellendig pijn en lijden is maar ervaar daarnaast ook dankbaarheid voor alles wat ik wel heb. Ik voel me desondanks bevoorrecht.
Persoonlijk doe ik dat regelmatig en het werkt goed uit.
Maar ik zou nooit tegen iemand zeggen: “wat is jouw pijn nou vergeleken met...?”
We zijn als mens juist geholpen doordat iemand luistert en mee leeft en erkenning geeft. Dat je er mag zijn met alles wat je beleeft.
Relativeren is gezond.
Het maakt dankbaar.
En dankbaarheid is heilzaam.
Maar het mag niet uitwerken in opkroppen en niet meer durven zeggen waar je mee zit.
Dan gaat het tegenwerken.
Daarom is het ook geen regel dat we moeten relativeren.
Het is niet om je neer te drukken of je te stimuleren sterk te zijn. Ook kan het niet door een ander worden opgelegd. Want hoe gemakkelijk is het te oordelen over de pijn en verdriet van een ander als je het zelf niet voelt?
Nee relativeren is iets wat je soms kan helpen om je situatie met andere ogen te bekijken en er daarna beter tegen bestand te zijn.
Als je ontdekt dat jezelf vergelijken met anderen niet goed uitwerkt dan is het nu misschien de tijd je voor te nemen daar helemaal mee af te rekenen. Dat kan best moeilijk zijn als het diep in je systeem zit om dat te doen.
Maar het begint allemaal bij bewustwording.
Dat je beseft dat je je ellendig voelt doordat je jezelf steeds met anderen vergelijkt.
Of het nu gaat om gevoelens of om gaven en talenten.
Elk mens is uniek.
Zoals jij is er geen een en komt er ook geen een.
Je kunt wel leren van anderen, je kunt anderen steunen en gesteund worden, je kunt in lotgenotengroepen erkenning krijgen van, en geven aan, anderen. Er voor elkaar zijn.
Dat bouwt op en kan troostend werken.
Dan hoef je niet te zijn als die ander maar is er ruimte om jezelf te zijn, te mogen voelen en in die vrijheid te groeien.
—————————-❤————————-